Elk bedrijf heeft te maken met ingaande en uitgaande geldstromen. Ze vormen de bloedsomloop van de economie. Cash management is een vakgebied dat probeert deze geldstromen in goede banen te leiden.

Vooral in grote bedrijven zijn speciale afdelingen die zich met cash management bezig houden. Dit gebeurt in de praktijk meestal op een operationele manier. Dit artikel is bedoeld om richting te geven aan een meer strategische benadering.

Als gevolg van waardecreatie in een bedrijf  komt een geldstroom op gang. Deze geldstroom leidt tot allerlei activiteiten zoals incasso, excasso, liquiditeitenbeheer, valutabeheer. De cash-manager is verantwoordelijk voor het aansturen van deze taken. Zoals gezegd gebeurt dit in de meeste organisaties op een operationeel niveau. Meer reactief dan pro-actief.

Operationele activiteiten genoeg bij cash management. Het innen van geld, zaken rondom betalingsverkeer, de relaties met de bank omtrent bankrekeningen, afdekken van valutacrisiso’s, saldobeheer, rentemanagement. Al deze taken zijn het gevolg van de kernactiviteiten van een bedrijf. En omdat ze het gevolg zijn, worden deze taken nauwgezet uitgevoerd. Maar daarmee beheers je niet de geldstromen van het bedrijf. Ze overkomen de cash-manager. Eigenlijk kun je beter spreken van cash-beheer. De cash-manager als symptoom-bestrijder.

Een strategische aanpak begint bij planning. Planning van geldstromen heeft in eerste instantie te maken met het plannen van de bedrijfsactiviteiten. Deze zijn de oorzaak van het ontstaan van geldstromen. Waar komt geld binnen en waar verlaat het geld ons bedrijf? Dit is de kernvraag van cash management. Een goede planning is interactief opgezet.

De cash manager treedt, samen met de controller, in contact met de diverse lagen van management in het bedrijf. Aankoop van investeringsgoederen, inzet van middelen, welke landen, welke omzetsnelheden, welke betalingsafspraken met zowel leveranciers als klanten? Vragen aan het management die de kern van het cash management raken.  Hulpmiddel bij het schematiseren van deze kernvragen is een dupont-schema.

Dit laat in eerste instantie zien hoe rendabel een bedrijf is. De rentabiliteit van het bedrijf wordt voorgesteld als het gevolg van twee kengetallen: brutomarge en omloopsnelheid. Brutomarge de relatie tussen bedrijfsresultaat en omzet. Hoe meer marge, hoe hoger het rendement. Vooral in het primaire proces van het bedrijf wordt op marge gestuurd. Iedere vertegenwoordiger, productiechef en inkoper zijn gericht op het verhogen van de marge. Daarmee is niet het rendement van het bedrijf gedefinieerd. Dat kan alleen door de brutomarge te koppelen aan omloopsnelheid.

De omloopsnelheid van een bedrijf is de omzet gerelateerd aan het geïnvesteerd vermogen. Investeringen in vaste activa, voorraden en debiteuren zijn bepalend voor de hoogte van de omloopsnelheid. Hoe sneller een organisatie geld laat stromen, hoe hoger het rendement.  Dus bij minder voorraad, kortere looptijden, just-in-time-leveringen, kortere betalingstermijnen, etc. wordt de omloopsnelheid positief beïnvloed. Daardoor verhoogt het bedrijf het rendement dus ook. Typisch zaken waarmee een strategische cash manager zijn invloed moet laten gelden.

Een gunstig bij-effect van sneller betalingsgedrag is bijvoorbeeld de betere voorspelbaarheid ervan. Een klant die binnen 15 dagen betaalt, laat minder afwijking in zijn betaalgedrag zien dan een klant die na 60 dagen pas betaalt. Dit geeft betere cash-planning en daardoor minder valutarisico en lagere kosten van werkkapitaal-financiering. Een goede cash manager weet van elke business-unit het dupont-schema. Zo kan per klant, klantengroep, afdeling en bedrijfsonderdeel exact worden bepaald welke bijdrage aan het rendement wordt bereikt.

Een volgend strategisch issue is de financieringswijze van het bedrijf. Door te financieren met eigen vermogen verhoog je enerzijds de financiële betrouwbaarheid naar buiten toe maar anderzijds is er sprake van een relatief dure vorm van financiering. Eigen vermogen kost namelijk meer geld dan vreemd vermogen omdat eigenaren meer risico lopen en daarvoor een hogere vergoeding eisen dan schuldeisers.

Daarnaast is rente aftrekbaar voor de belasting en winst is belast. Daarom zal een onderneming kiezen voor een financiering met vreemd vermogen, voor zo veel als mogelijk is. Het rendement in het bedrijf moet dan wel hoger zijn dan de rente die voor vreemd vermogen betaald moet worden. Indien dit zo is kan een bedrijf rendabeler worden voor de eigenaren, naarmate de verhouding vreemd vermogen versus eigen vermogen hoger ligt. Dit is het hefboomeffect. Een cash manager zal bij de financieringswijze van het bedrijf rekening moeten houden met dit hefboomeffect. Vooral goedkope vormen van vreemd vermogen zijn aantrekkelijk om een extra bijdrage te geven aan share-holders-value.

De laatste strategische benadering voor cash management in dit artikel is tevens de belangrijkste. De cashflow-methode. Een bedrijf is namelijk bezig met het optimaliseren van rendement. Maar rendement is niet gelijk aan cashflow. Cashflow, letterlijk vertaald kasstroom, hangt samen met ontvangsten en uitgaven, daar waar rendement vooral wordt bepaald door opbrengsten versus kosten. De cashflow-benadering kan op twee manieren: direct en indirect. De directe benadering sluit aan bij de operationele benadering. Ontvangsten van afnemers minus betalingen aan leveranciers, personeel, belastingen, financiers, etc.

De indirecte manier wordt vooral gebruikt bij interne communicatie, planning en management-rapportages. Hierbij wordt gewerkt vanuit de winst van het bedrijf. Die wordt vervolgens gecorrigeerd voor een aantal zaken die wel in het resultaat zitten maar geen effect hebben op de kasstroom. Daarnaast worden zaken gecorrigeerd die wel in de kassa zijn gebeurd maar niet of nog niet geresulteerd hebben in resultaat. De indirecte methode van cashflow-berekening gaat uit van drie kasstromen: een operationele kasstroom, een investeringskasstroom en een financieringskasstroom.

De operationele kasstroom is gelijk aan de winst plus de afschrijvingen (wel kosten maar geen uitgaven), mutaties in de voorzieningen (toevoegingen aan voorzieningen laten wel de kosten stijgen maar worden nog niet uitgegeven) en mutaties in werkkapitaal. Vooral die laatste is belangrijk bij cash management. Stijging van de voorraad is negatief voor de kassa. Debiteuren die niet betalen zorgen wel voor een stijging in het resultaat maar de kassa merkt dat nog niet. En soms helemaal nooit.

Met de operationele cashflow is vastgesteld of het bedrijf echt geld verdiend heeft of niet. Het is tevens de basis voor het vervolg namelijk het investeringsbeleid. Investeringen moeten worden betaald uit de operationele cashflow. Zo niet, dan moet worden geleend of de eigenaren moeten worden aangemoedigd om nieuwe kapitaalstortingen te doen.

In een bedrijf bevinden zich meestal producten of diensten waar geld aan wordt verdiend. Deze herken je aan de operationele cashflow. Deze ligt in de regel hoger dan de investeringen die in die producten moeten worden gedaan. Een gangbare benaming is de cash cow (Boston Consulting Group). Andere producten of diensten, meer in het begin van hun levenscyclus leveren nog niet zoveel cashflow op. Hierin moet meer worden geïnvesteerd dan dat er operationeel wordt verdiend. Dit zijn stars.

Een goede cash manager weet welke producten, diensten, afdelingen behoren tot de cash cows en welke tot de stars. Dit moet een bewuste strategische keuze zijn omdat de cash cows zorgen voor de financiering van de stars. Dan moet er wel toekomst in die stars zitten. Zoniet, dan zijn het in feite bleeders en moet er snel worden ingegrepen. Een cash manager constateert bleeders en/of stars, het topmanagement moet beslissen welke kant de euro opvalt.

Tijdens dit artikel heeft u inzicht gekregen in drie strategische benaderingen van cash management. De eerste is gericht op het optimaliseren van rendement (Dupont), de tweede op het verhogen van aandeelhouderswaarde (hefboomwerking), de derde op het optimaliseren van cashflow. Hiermee kan de cash manager pro-actiever inspelen op toekomstige ontwikkelingen in het bedrijf en daarmee een waardevolle bijdrage leveren aan de continuïteit van zijn bedrijf.

Auteur: Hinrich Slobbe

Hinrich Slobbe is eigenaar van WizFiz en sinds 1983 actief als professioneel trainer en adviseur op financieel gebied.

Bron: www.creditexpp.nl