Sommige huurders van woningcorporaties komen vanaf volgend jaar in aanmerking voor een lagere huur. Zo willen corporaties financiële problemen voorkomen bij huishoudens die gezien hun inkomen een huur hebben die ze maar moeilijk kunnen betalen.

Branchevereniging Aedes maakte eind 2018 namens woningcorporaties afspraken met de Woonbond (huurdersvertegenwoordiger) over het huurbeleid de komende jaren. Corporaties en huurdersorganisaties spraken af een eind te maken aan de huurverhogingen van de jaren daarvoor. De huurprijs van sociale huurwoningen van corporaties wordt de komende jaren gemiddeld met niet meer verhoogd dan het inflatiepercentage.

Huurbevriezing of – verlaging

Ook werd toen afgesproken de huur niet te verhogen of zelfs te verlagen bij huurders die een huur hebben die relatief te hoog is voor hun inkomen. Dit uitgangspunt is nu uitgewerkt in concrete afspraken. Daarbij is gekeken naar de bestedingsnormen van het Nibud. Zo’n situatie kan bijvoorbeeld ontstaan bij pensionering maar ook onverwacht als een gezinslid werkloos wordt.

Wie komt in aanmerking?

Of een huishouden in aanmerking komt, hangt al van het aantal personen, het inkomen en de huurprijs. Huurverlaging is mogelijk bij huishoudens met een laag inkomen en een huur boven 737 euro (de zogeheten liberalisatiegrens). De huur wordt dan verlaagd naar 736 euro. Dat maakt het voor huishoudens vaak tegelijkertijd mogelijk om huurtoeslag aan te vragen. Huurbevriezing is in sommige gevallen ook mogelijk bij een wat lagere huur of een iets hoger inkomen.

Bron: Aedes