Banken, verzekeraars en vermogensbeheerders hebben na de val van de Berlijnse muur van een ongekende liberaliseringgolf geprofiteerd. Vóór die grote liberalisering fungeerden de banken en verzekeraars als stootkussens van de economie. Door de kredietcrisis is pijnlijk duidelijk geworden dat de banken en verzekeraars geen buffers voor de economische stabiliteit bieden, maar aanjagers van financiële instabiliteit zijn geworden.

Door de huidige recessie als een probleem van vraaguitval te kenmerken, worden de diepere oorzaken en toekomstige kansen over het hoofd gezien. De politiek staat voor een geweldige uitdaging om te bewijzen dat ze in moeilijke tijden niet alleen met zakken geld rammelen, maar ook beschikt over sturend vermogen met een eensluidende en aansprekende visie.

Het is verbijsterd te moeten vaststellen dat er door de politiek en de media geen of in ieder geval onvoldoende aandacht aan de diepere oorzaken wordt gegeven.
Als dat niet spoedig verandert, zal dat er toe leiden dat we als Nederland onvoldoende de kansen na de crisis zullen gaan benutten. De kansen worden daardoor bedreigingen en daarmee zullen de welvaart en welzijn van iedere Nederlander in gevaar komen.

In de westerse landen is het recht van gelduitgave aan private banken gedelegeerd waardoor we vastzitten in het kat en muisspel tussen regelgevers en private banken.
Zelfs als de nieuwe regelgeving en het opkopen van falende banken goed verloopt, zullen banken terughoudend blijven om nieuwe leningen te geven in tijden van recessie.

Daarom is een nieuwe invulling van economisch denken, doen en handelen noodzakelijk. We moeten ophouden met het huidige "pappen en nathouden"in de valse hoop dat het vanzelf weer goed gaat komen. Het vertrouwen van beleggers denkt men te herwinnen door middel van een nieuwe groeimarkt. Maar deze zal wederom verdampen en worden ontmaskerd als de zoveelste zeepbel.

De crisis in de systeembanken is een bewijs dat het systeem ruimschoots over zijn houdbaarheidsdatum heen is. Het is daarom een illusie om te denken dat het opnieuw oppompen van systeembanken automatisch leidt tot herstel van het algehele vertrouwen. In het post 2008 tijdperk zijn mensen op emotioneel niveau niet aan te zetten tot blinde consumptie of beleggen simpelweg omdat "het systeem"dat van hen verwacht.

Natuurlijk dienen we ons huidige monetaire systeem in hoofdlijnen overeind te houden. Maar tegelijk moeten we nagaan of het huidige Zwitserse WIR systeem daarmee niet parallel kan worden ingevoerd. Uit onderzoek blijkt dat het Wirtschaftsringsysteem (WIR) sinds zijn invoering in 1934 in Zwitserland (inmiddels in een coöperatie geformaliseerd). Een belangrijke bijdrage aan de stabiliteit van de nationale economie in tijden van crisis heeft gegeven.

Een aantal bedrijven in Zwitserland dat in1934, vanwege de crisis, hun krediet dreigden te verliezen, zagen in dat het probleem grotendeels bij hun bank lag. Op grond van die constatering spraken de bedrijven onderling af dat als het ene bedrijf krediet nodig had om te producten van het andere bedrijf te kopen, ze deze aan elkaar zouden verstrekken. Dit systeem breidde zich uit naar alle kopers en toeleveranciers van de aangesloten bedrijven. Zij creëerden een eigen valuta (WIR) die identiek was aan de Zwitserse frank maar niet rentedragend was.

Het systeem heeft tot aan de dag vandaag standgehouden en bedraagt momenteel circa 2 miljard dollar aan omzet. Uit onderzoek blijkt steeds opnieuw dat wanneer de economie in recessie was, het volume van de WIR omhoog ging, waardoor ontslagen en werkloosheid opgrond van de recessie vrijwel uitbleven. Als de economie weer aantrok, liep de handel in alternatieve valuta terug. Het WIR is een voorbeeld van hoe een anticylisch systeem spontaan aan de stabiliteit van het totale systeem kan bijdragen.

Bron: creditexpo.nl