Dit zei Joke de Kock, voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor schuldhulpverlening en sociaal bankieren (NVVK), aan het einde van een door Ultimoo en de VVCM georganiseerde bijeenkomst op 10 oktober jongstleden in Woerden.

Tijdens deze meet & learn sessie  werden credit management professionals in de gelegenheid  gesteld om in discussie te gaan met de NVVK in de persoon van haar voorzitter. “In het hol van de leeuw” werd met behulp van praktijkvoorbeelden geprobeerd om begrip te kweken voor de standpunten van schuldeisers die regelmatig worden geconfronteerd met verzoeken van één van de 90 NVVK leden om een schuld te saneren.

Aan de andere kant kon de NVVK tijdens deze sessie haar werkwijze toelichten en op deze manier schuldeisers laten zien wat er allemaal komt kijken bij de totstandkoming van een schuldsaneringstraject, geslaagd of niet. De NVVK heeft als doel het voorkomen, oplossen en beheersen van schulden bij particulieren. Daarbij nemen zij een bemiddelende rol aan tussen schuldeiser en schuldenaar. In de beleving van veel schuldeisers en haar gemachtigden is dat lang niet altijd even duidelijk. De NVVK wordt veelal gezien als gemachtigde van de schuldenaar. Het is daarom belangrijk dat marktpartijen met elkaar aan tafel zitten.

We lezen regelmatig, zeker in deze tijd van crisis, dat het schuldenprobleem toeneemt. De NVVK heeft onlangs haar jaarcijfers van 2012 opgemaakt. In 2012 waren er bij de NVVK leden 84.250 particulieren die een beroep deden op ondersteuning in minnelijke schuldhulpverlening.  Dit is ten opzichte van 2011 een stijging van ongeveer 11%. In 2011 lag dit aantal op 76.043, in 2010 77.440. De gemiddelde totale schuld van iemand die een traject in gaat is € 33.500 in 2010 was dit nog € 30.750 een toename van 9%. Het gemiddeld aantal schuldeiser is 14. Hier is weinig verandering in opgetreden in de afgelopen jaren.

Opvallend is het feit dat er steeds meer mensen met inkomen uit werk zich melden. In 2012 was dit 46%. In 2010 was dit nog maar 40%. In 2010 ontving het overgrote merendeel  van de mensen dat zich meldde een uitkering (57%). In 2012 is dat percentage teruggelopen naar 46%. Met andere woorden het hebben van schulden is niet alleen een probleem van werklozen. Sterker nog, de afgelopen jaren nemen vooral restschulden hand over hand toe. Dit zal zichtbaar zijn in de cijfers over 2013. Deze zijn echter nog niet bekend. Wel is berekend dat 16% van de klanten van de NVVK in het bezit is van een eigen woning die onder water staat.

Kortom de crisis is zeker ook bij de NVVK voelbaar. Daarbij komt dat de leden van de NVVK doorgaans gemeentelijke instellingen zijn. De gemeenten moeten bezuinigen en dus wordt ook op schuldhulpverlening gekort. Een toename van de werkdruk in combinatie met minder budget. Dit is uiteraard niet bevorderlijk voor de wijze waarop schuldhulp kan worden geboden. De NVVK probeert mensen te helpen maar ziet te vaak dat het al te laat is. Het is daarom van belang dat marktpartijen op zoek gaan naar oplossingen die ervoor zorgen dat mensen niet in de problemen kunnen komen.

De deelnemers aan de sessie legden na de inleiding van Joke de Kock een aantal zaken voor die ze graag opgehelderd wilden zien. Deze varieerden van onbegrip over lange de wachttijden en de wijze van totstandkoming van een schuldsanering tot en met onbegrip over de hoogte van het te ontvangen bedrag. Men heeft vooral het gevoel geen onderhandelingsruimte te hebben en vast te zitten aan een voorstel dat min of meer door de strot wordt geduwd. Ook het feit dat een sanering binnen 36 maanden moet zijn afgerond zat niet alle deelnemers lekker.

Maar goed, de NVVK heeft nu eenmaal te maken met wet en regelgeving en marktpartijen, en die laatste kunnen het op dit moment niet overal over eens worden. Uiteindelijk vraag je schuldeisers afscheid te nemen van een zeer groot deel van de vordering, vaak tot wel meer dan 90%, en dat doet pijn.  Zeker als je ziet dat overheidsinstanties zelf nog het meeste bijdragen aan de problematiek doordat ze op veel terreinen een voorkeurspositie innemen.  Het is dan ook een missie van de NVVK om dit punt onder de aandacht van de politiek te brengen. Het blijkt ondanks een gedegen plausibele uitleg van de processen en uitdagingen waar NVVK leden voor staan, niet helemaal mogelijk om alle aanwezigen tevreden te stellen. Maar het is wel degelijk gelukt om begrip te kweken voor elkaars standpunten.

Tot slot werd Joke de Kock gevraagd welke ontwikkelingen zij ziet, en wat dat in negatieve zin voor invloed kan hebben: “Niet veel mensen weten dat op 15 december aanstaande alle toeslagen vanuit de overheid aan de aanvrager zelf zullen worden overgemaakt. Dus niet meer aan de verhuurder of kinderopvanginstanties. Dit baart ons grote zorgen. Het geld is dan immers vrijelijk beschikbaar voor andere doeleinden. Hierdoor bestaat de kans dat het geld verkeerd wordt uitgegeven met alle gevolgen van dien. Daarnaast mogen vanaf 1 januari 2014 de kosten van een bewindvoerder tot een bedrag van € 3.000 eerst worden ingehouden op het totaal uit te keren bedrag in een schuldsanering. Hiermee betalen de schuldeisers gezamenlijk deze kosten waar het voorheen de overheid was die kosten voor zich nam.”

Wat moet er volgens de NVVK worden gedaan om ervoor te zorgen dat we als samenleving niet met nog meer probleemgevallen te maken krijgen?

Joke de Kock: Ten eerste moet het individu meer verantwoording nemen. Zij die dat zelf niet kunnen moeten worden geholpen. Schuldeisers zouden wat meer het algemene belang in plaats van het persoonlijke belang moeten inzien. Maar preventie is de echte sleutel tot succes. Dit kan onder andere worden gedaan door:

  • Het tegengaan van overkreditering door centrale brede registratie van schulden. Helaas is het opzetten van een Landelijk Informatiesysteem Schulden (LIS) nog niet gelukt.
  • Leverancier moeten het moment van betalen en leveren zo dicht mogelijk bij elkaar brengen. Contant of vooraf afrekenen zijn daarvan de beste voorbeelden.
  • De overheid zou een minder dominante voorkeurspositie in moeten nemen waardoor schulden niet in een te korte termijn problematisch worden.

Het zal altijd zo blijven dat schuldeisers niet staan te popelen om mee te werken aan een schuldsanering. Iedereen is het dan ook eens met de stelling dat we problematische schulden zoveel mogelijk gezamenlijk moeten zien te voorkomen en dat de toekomst van schuldhulp vooral met preventie heeft te maken. Al met al was het een zeer leerzame middag. 

Bron: Ultimoo