De omzet van de Nederlandse industrie was in het eerste kwartaal van 2025 2,9 procent hoger dan in hetzelfde kwartaal een jaar eerder. Dit is de grootste stijging sinds het eerste kwartaal van 2023. De buitenlandse industriële omzet (afnemers in het buitenland) heeft het grootste aandeel in de omzetstijging; 4,7 procent. De binnenlandse industriële omzet (afnemers in het binnenland) bleef gelijk vergeleken met hetzelfde kwartaal een jaar eerder. Dit meldt het CBS op basis van de nieuwste cijfers.

De voedings- en genotmiddelenindustrie was in het eerste kwartaal van 2025 de grootste stijger. De omzet in deze branche was 8,1 procent hoger dan in het eerste kwartaal van 2024. Hierna kwam de elektrotechnische en machine-industrie, waar de omzet met 7,2 procent steeg. De transportmiddelenindustrie was in het eerste kwartaal de grootste daler (-11,6 procent).
Afzetprijzen gestegen

De afzetprijzen in de industrie waren 1,2 procent hoger dan in het eerste kwartaal van 2024. De binnenlandse afzetprijzen stegen met 1,2 procent, de buitenlandse afzetprijzen stegen met 1,3 procent.

In bijna alle hoofdbranches stegen de afzetprijzen, alleen in de hoofdbranche raffinaderijen en chemische industrie daalden de afzetprijzen; -1,8 procent. De afzetprijzen stegen met 5,2 procent het sterkst in de voedings- en genotmiddelenindustrie.

Ondernemers opnieuw negatief over winstgevendheid

In de industrie zijn er inmiddels dertien kwartalen op rij meer ondernemers waarvan de winstgevendheid verslechterde, dan ondernemers waar deze verbeterde. Per saldo gaf 4,5 procent van de producenten aan dat de winstgevendheid in het eerste kwartaal van 2025 is verslechterd. In het vierde kwartaal 2024 gaf per saldo 3,4 procent van de producenten dit aan.

Meer faillissementen dan een jaar eerder

In het eerste kwartaal van 2025 zijn er in de industrie 84 faillissementen uitgesproken, 5 meer dan dezelfde periode een jaar eerder en 20 minder dan in het voorgaande kwartaal.

Bron: CBS