Het ondernemersvertrouwen is voor het tweede kwartaal op rij gedaald en komt in het tweede kwartaal van 2025 uit op -7,5. Vooral in de groothandel en handelsbemiddeling, en in de zakelijke dienstverlening, daalde het vertrouwen. Desondanks ervaren minder ondernemers belemmeringen en zijn exporterende bedrijven positief over hun buitenlandse omzet. Dit melden het CBS, de KVK, het EIB, MKB-Nederland en VNO-NCW op basis van de Conjunctuurenquête Nederland die in april is gehouden.

Ondanks de toegenomen onzekerheid over het economisch klimaat is het ondernemersvertrouwen slechts licht gedaald. Hoewel de verwachting van ondernemers voor het lopende kwartaal een stuk negatiever is, zijn ondernemers wel minder negatief geworden over de ontwikkeling van het economisch klimaat in het afgelopen kwartaal. Het ondernemersvertrouwen ligt onder het gemiddelde (-3,7) van de reeks vanaf 2012.

Sterkste daling bij de groothandel en handelsbemiddeling

Het ondernemersvertrouwen is in vijf bedrijfstakken gedaald, in zes is het gestegen en in een bedrijfstak is het vrijwel gelijk gebleven. De sterkste daling vond plaats bij de groothandel en handelsbemiddeling (van -3,2 naar -12,2). Ook in de zakelijke dienstverlening was sprake van een sterke daling en sloeg het cijfer om van positief naar negatief. In de landbouw, bosbouw en visserij, en in de horeca, steeg het ondernemersvertrouwen het sterkst. Desondanks is het vertrouwen daar het meest negatief, samen met dat in de vervoer en opslag en de groothandel en handelsbemiddeling. In de informatie en communicatie steeg het ondernemersvertrouwen en is het cijfer licht positief.

Minder bedrijven ervaren tekort aan arbeidskrachten

Ondernemers noemen het tekort aan arbeidskrachten nog steeds het vaakst als de belangrijkste belemmering voor hun bedrijfsvoering. Het aandeel bedrijven dat dit noemt daalt de laatste jaren echter wel, tot 34 procent aan het begin van het tweede kwartaal van 2025. De groep bedrijven die geen belemmeringen ervaart is in tweeënhalf jaar langzaam toegenomen tot 36 procent. Daarmee is die groep nu groter dan het aandeel bedrijven met een tekort aan arbeidskrachten.

De overige belemmeringen zijn nagenoeg gelijk gebleven. Onvoldoende vraag is voor 19 procent van de ondernemers de belangrijkste belemmering. Het aandeel bedrijven dat financiële beperkingen als belemmering ervaart is de laatste perioden langzaam gestegen en ligt met 10 procent relatief hoog.

Exporterende bedrijven positief over buitenlandse omzet

Ondanks de toegenomen onzekerheid in de internationale handel oordeelden exporterende bedrijven aan het begin van het tweede kwartaal van 2025 positief over hun buitenlandse omzet. Het oordeel buitenlandse omzet is het gemiddelde van de omzetontwikkeling in het afgelopen kwartaal en de verwachting daarover voor het lopende kwartaal. Van de genoemde bedrijfstakken heeft de industrie verreweg het belangrijkste aandeel in de Nederlandse export.

Exporterende bedrijven in de groothandel en handelsbemiddeling zijn met een saldo van 18 procent het vaakst positief over hun buitenlandse omzet. Het saldo is daar ook het sterkst gestegen ten opzichte van een jaar eerder. Ook in de industrie, de informatie en communicatie en de zakelijke dienstverlening waren bedrijven positiever over hun buitenlandse omzet. Alleen in de landbouw, bosbouw, en visserij daalde de stemming hierover. In de vervoer en opslag zijn exporterende bedrijven met een saldo van ruim -3 procent als enige bedrijfstak negatief over de buitenlandse omzet.

Bron: CBS