De bouw heeft het afgelopen jaar opnieuw een krachtige groei gerealiseerd. De bouwproductie steeg met 6½%. Dit kwam neer op een reële productietoename met € 4 miljard naar een niveau van € 70 miljard. De groei zet de komende jaren bovendien stevig door. Met groeicijfers van rond de 5% zowel dit jaar als het komende jaar zal de bouw opnieuw een sterke groeisector zijn binnen de Nederlandse economie. De werkgelegenheid blijft daarbij ook stevig doorgroeien. Nadat het afgelopen jaar sprake was van een toename van 16.000 arbeidsjaren, zal de werkgelegenheid in 2019 en 2020 cumulatief met nog eens 25.000 arbeidsjaren kunnen toenemen.

Op middellange termijn vlakt de groei wat af, maar deze blijft positief. De bouw kan zo solide groeicijfers blijven realiseren vanaf steeds hogere productieniveaus. Rond 2023 ligt de productie dan ongeveer 20% boven het huidige niveau. Investeringen in duurzaamheid leveren een belangrijke bijdrage aan de aanhoudende groei in de Nederlandse bouw op middellange termijn.

Dit concludeert het EIB in de zojuist verschenen studie ‘Verwachtingen bouwproductie en werkgelegenheid 2019’.

De productie van de bouwsector is voor het vierde jaar op rij krachtig gestegen. De groei versnelde zelfs nog ten opzichte van het voorafgaande jaar en kwam uit op 6½%. De groei was in 2018 evenwichtig verdeeld over de verschillende sectoren binnen de bouw. De woningbouw steeg in het afgelopen jaar met 6%, de utiliteitsbouw met 7½% en de infrasector is met 5% toegenomen. Een andere rode draad was dat in alle sectoren de investeringen hoge groeicijfers vertoonden.

De woningnieuwbouw groeide met 9% en de utiliteitsnieuwbouw zelfs met 11%. In de gww-sector groeiden de investeringen voor nieuwbouw en herstel tezamen met 6%, waarmee de groei ook hier duidelijk uitging boven die van de onderhoudsproductie. De werkgelegenheid steeg met bijna 4% naar een niveau van 442.000 arbeidsjaren. Zo is de bouw er voor het tweede jaar op rij in geslaagd de arbeidscapaciteit fors uit te breiden. Bij de werknemers nam het arbeidsvolume toe met 10.000 arbeidsjaren, terwijl er bij de zelfstandigen sprake was van een groei met 6.000 arbeidsjaren. Relatief was de groei van de arbeidscapaciteit bij zelfstandigen nog wel iets sterker dan bij werknemers.

Hoge groei kan ook in 2019 en 2020 doorzetten

De woningnieuwbouw kan ook dit jaar weer een stevige groei laten zien, al zal de groei wel afvlakken ten opzichte van het afgelopen jaar. De stabilisatie van het aantal vergunningen in 2018 speelt hierbij een rol. De condities op de woningmarkt blijven echter gunstig, de orderportefeuilles zijn zeer goed gevuld en het productievolume per woning stijgt mede als gevolg van hogere duurzaamheidseisen. De groei van de herstel- en verbouwinvesteringen is dit jaar bescheiden, maar kan in 2020 weer aantrekken als de terugval in de transformatie van kantoren naar woningen is verwerkt.

De investeringen in de utiliteitssector groeien krachtig in de komende twee jaar met groeicijfers van 7 tot 8%. De vergunningen zijn sterk toegenomen in 2018 en verschillende deelsectoren zitten hier in de lift.

Bij de gww-sector zou de groei van de investeringen zelfs in de dubbele cijfers terecht kunnen komen. Eerder al gereserveerde publieke budgetten zijn het afgelopen jaar maar ten dele besteed en ook de investeringen van marktpartijen zitten stevig in de lift. In 2020 valt de groei minder hoog uit, maar met een volumegroei bij de investeringen van 5% blijft de gww-sector het ook in dat jaar goed doen.

Investeringen in duurzaamheid dragen steeds meer de groei in de periode 2021-2023

Vanaf 2021 komt de bouw in rustiger vaarwater. Er is dan een periode van zes jaar van hoge groei gerealiseerd en de bouwproductie ligt in het begin van de periode op een niveau van € 77 miljard, 10% boven het huidige niveau en het niveau dat nog vlak voor de crisis werd gerealiseerd. Duurzaamheid is een belangrijke ontwikkeling die ervoor zorgt dat er ook vanaf dit hoge productieniveau nog een solide groei is te realiseren.

Duurzaamheid werkt door in de nieuwbouw, waarbij het productievolume per woning of gebouw blijft stijgen. Ook in de bestaande gebouwenvoorraden (woningen, kantoren, overige gebouwen) geeft de toenemende focus op duurzaamheid een steeds grotere impuls aan het bouwvolume. Ten slotte speelt verduurzaming ook een toenemende rol bij nieuwbouw en bij de renovatieproductie in de infrasector.

Met groeicijfers van 2 tot 3% per jaar in de meeste onderdelen van de bouwproductie neemt het productievolume toe tot een niveau van ongeveer € 83 miljard tegen het einde van de periode.

De werkgelegenheid in de bouw neemt in de periode 2021-2023 met 17.000 arbeidsjaren toe. Dit komt neer op een groei van 1¼% per jaar. De groei vlakt hier dan wel duidelijk af in vergelijking met de werkgelegenheidsgroei die op dit moment nog wordt gerealiseerd. Aangezien het arbeidsaanbod vanuit de opleidingen op middellange termijn juist toeneemt, kan de arbeidsmarkt weer goed in balans komen in deze periode. Met de voorziene groei van de werkgelegenheid wordt tegen het eind van de periode een niveau bereikt van bijna 485.000 arbeidsjaren, waarmee de werkgelegenheid dan voor het eerst sinds vele jaren weer uitstijgt boven het niveau van net voor de crisis.

Bron: Bouwend Nederland