Landen hebben een winst en verliesrekening en geen balans. Dat verklaart het merkwaardige feit dat we op micro niveau wel spreken over eigen vermogen (activa minus passiva) maar op nationaal en internationaal niveau niet.
Landen kunnen zoals we inmiddels overduidelijk weten, schulden aangaan, maar hebben geen eigen vermogen. Daarom is het een ingebakken neiging van beleidsmakers om bij tegenwind (zoals de huidige crisis) ondoordacht te gaan bezuinigen. Dat komt neer op "schieten in je eigen voet", want met elke bezuiniging neemt de veerkracht van het systeem af, terwijl die veerkracht juist door de crisis op de proef wordt gesteld en zou moeten worden gestimuleerd. Vanuit het inzicht dat markten levende systemen zijn, zouden we in een crisis juist meer moeten investeren in onderwijs en sociale structuur. De impuls om te investeren in harde infrastructuur, wat veel landen nu doen in reactie op de recessie, is begrijpelijk vanuit simpele monetaire overwegingen. Maar een investering in de sociale infrastructuur (school, universiteiten, sport – en zorginstellingen) is veel effectiever om sociale veerkracht en daarmee gezondheid van het gehele systeem te bewerkstelligen.

In het post- financiële- crisistijdperk kan niet meer blind worden vertrouwd op de markt, want zijn nauwe focus op efficiëntie heeft ons op de rand van de afgrond gebracht.
De leiders van de toekomst zetten een koers door onbekend terrein en inspireren mensen in hun organisaties, instellingen en gemeenschappen. Ze zoeken nieuwe kansen binnen de uitdagingen van nu, ze creëren hoop in een situatie van angst en wanhoop.

Leiderschap verschilt van management in de zin van het geven van een visie, hoop en richting. Het belangrijkste verschil zit in de aandacht voor de mens. Management richt zich op taken en meetbare targets. Leiderschap richt zich daarnaast ook op "onmeetbare" emotionele werkelijkheid van mensen, en weet hen in die dimensie te raken en te stimuleren. Want alleen door mensen op emotie aan te spreken, ontwikkelt men inspiratie en verbinding met de samenleving. Technocratische ingrepen alleen zullen nooit bereiken wat een inspirerende boodschap, gevolgd door de juiste technische ingreep, kan bereiken.

Het uitvoeren van economisch beleid op basis van dit soort keuzes is heel iets anders dan het uitbreiden van de taken van de overheid. Ik ben een grote voorstander van een slimmere en geen grotere overheid! Daartoe een Minister van Toekomst in een nieuw kabinet een belangrijker katalysator en strateeg zijn.

Bron: creditexpo.nl