Tegen de achtergrond van het heetste jaar ooit maakte de COP28-top eind vorig jaar de balans op over het Klimaatakkoord van Parijs. Het beeld dat hieruit kwam was ronduit somber en leek erop te wijzen dat de energietransitie niet op schema ligt.

Dat is (nog) niet het geval. Na de Russische inval in Oekraïne zien we de versnelling van de energietransitie verstevigen, met meer overheidsbemoeienis, meer energie-efficiëntie en een lagere CO2-uitstoot.

Dat leidt tot een aantal lichtpuntjes: China dat een grote rol op zich neemt in de energietransitie, investeringen die aanzienlijk aantrekken, technologiekosten die blijven dalen en schone energie die steeds concurrerender wordt.

Die lichtpuntjes leiden tot betere scenario’s. De vraag naar fossiele brandstoffen piekt eerder en het momentum in de uitrol van hernieuwbare energie, vooral thermische zonne-energie, zet door nu China overschakelt op schone energie. Geavanceerde economieën lopen voorop met een dalende en schonere vraag naar energie, daarbij geholpen door sterke beleidsondersteuning. De opkomende economieën, met uitzondering van China, hebben behoefte aan toezeggingen, beleid en financiering. De kloof tussen aangekondigd en uitgevoerd beleid verbetert, waardoor het scenario van netto nuluitstoot tegen 2050 ook steviger wordt. Maar de kloof blijft groot. We kunnen dan ook niet achteroverleunen; de roep om implementatie en financiering is luider dan ooit.

Dit nieuwste onderzoek van het Economic Research Department van Atradius gaat in detail in op de energiemarkt en de vooruitzichten voor duurzame energie, olie en gas.

Vooruitzichten hernieuwbare energie

2023 was een recordjaar voor het toevoegen van hernieuwbare energiecapaciteit. De nog steeds hoge olie- en gasprijzen, de energiezekerheid en de dalende kosten, vooral voor zonne-energie, hebben hieraan bijgedragen. Daarnaast schragen ondersteunende beleidsinitiatieven het momentum voor hernieuwbare energie.

China voegt de meeste capaciteit voor hernieuwbare energie toe, zowel zonne- als windenergie, en zal ook de komende jaren de groei aanvoeren. Grote investeringen in de productie van zonne-energie hebben bijgedragen aan een daling van de lokale prijzen voor zonnepanelen, waardoor de concurrentiepositie van zonne-energie is verbeterd. China zal naar verwachting de meeste capaciteit toevoegen tegen 2030 en op de langere termijn tot 2050.

De vraag naar elektriciteit zal sterk groeien, vooral in opkomende en ontwikkelingslanden waar de economische ontwikkeling, de toenemende bevolking en het stijgende inkomen verantwoordelijk zijn voor deze sterke groei. Vooral in de transportsector zal de elektrificatie een hoge vlucht nemen. Aan de extra vraag naar elektriciteit zal volledig worden voldaan door emissiearme bronnen. Vooral hernieuwbare energiebronnen zullen de dominante elektriciteitsbron worden. Wereldwijd zal fotovoltaïsche zonne-energie de meest dominante elektriciteitsbron worden.

Er zijn grote investeringen in de elektriciteitssector nodig om de elektriciteitsvoorziening betrouwbaar en stabiel te houden. Om de sterke groei van hernieuwbare energiebronnen te faciliteren, zijn investeringen in het elektriciteitsnet cruciaal. Daarnaast moet de vergunningverlening worden versneld.

Vooruitzichten oliemarkt

De volatiliteit die de oliemarkten kenmerkte sinds de pandemie is afgenomen in 2023. De kortetermijnvooruitzichten zijn evenwichtiger. De wereldwijde groei van de vraag vertraagt nu de post-pandemische winsten zijn geïntegreerd, de wereldeconomie vertraagt en het vraaggerichte beleid effect begint te sorteren. Tegelijkertijd compenseert de sterke productiegroei in Noord- en Zuid-Amerika een deel van het effect van de OPEC+ productieverlagingen.

De wereldwijde vraag naar olie zal naar verwachting de komende jaren pieken en tegen 2030 een daling inzetten. Een doortastender beleid op het gebied van energietransitie, vooral in Europa en Noord-Amerika gericht op de elektrificatie van het wagenpark, is de belangrijkste motor achter de dalende vraag. Er zullen lagere productieniveaus nodig zijn om aan de vraag te voldoen en OPEC+ zal zijn aandeel in een kleinere totale oliemarkt in 2050 vergroten.

De toekomstige evenwichtsprijs van olie ligt aanzienlijk lager dan de huidige niveaus van rond de 80 dollar per vat. In ons basisscenario, zal de olieprijs naar verwachting dalen tot 74 dollar per vat (in reële dollars van 2022) in 2030 en verder tot 60 dollar per vat in 2050. Hoewel de trend neerwaarts is, is deze onderhevig aan volatiliteit, vooral in het geval van een escalatie van geopolitieke conflicten. Maar de markt is veerkrachtiger dan de afgelopen jaren en het risico op scherpe stijgingen is kleiner.

In het scenario van netto nuluitstoot tegen 2050 zal de vraag naar olie veel sneller afnemen dan verwacht in de APS als gevolg van een aanzienlijk agressiever beleid voor energietransitie, vooral in opkomende markten. De olieproductie concentreert zich in grondstofrijke landen met lagere operationele kosten en het marktaandeel van de OPEC neemt toe tot 53%. De olieprijs zou dalen tot 25 dollar per vat in 2050.

Vooruitzichten gasmarkt

De gasmarkten zijn in 2023 geleidelijk weer in evenwicht gekomen, na een jaar waarin de energiemarkten onder grote druk stonden na de inval van Rusland in Oekraïne. In december 2023 lagen de gasprijzen 68% lager op jaarbasis in de VS, 39% lager in Azië en 54% lager in Europa. De TTF-gasprijs (Europa) bedroeg in december 2023 12 dollar per miljoen british thermal units (btu), veel lager dan de vorige piek in 2022 (70 dollar per miljoen btu).

De wereldwijde vraag naar gas zal naar verwachting snel een piek bereiken en in 2030 7% lager zijn dan in het basisjaar 2022, en in 2050 zelfs 42% lager. Robuuste beleidsondersteuning vermindert het aandeel van gas in de energievoorziening tegen 2030 in de elektriciteitssector en daarna in toenemende mate in gebouwen en de industrie. Azië-Pacific, het Midden-Oosten en Afrika zullen naar verwachting nog steeds een groeiende vraag naar gas zien tussen 2022 en 2030. Samen zullen deze regio’s naar verwachting tot 2030 nog eens 140 billion cubic metres (bcm) toevoegen; in de periode tussen 2030 en 2050 neemt de vraag uiteindelijk in alle regio’s af. In de VS en Europa zal de vraag naar gas naar verwachting zowel op de middellange als op de lange termijn afnemen.

Rusland zal naar verwachting de grootste gasleverancier zijn in 2050, terwijl dat momenteel de VS is. Maar de Russische aanvoer zal in 2050 274 bcm minder zijn dan in 2022, een daling van bijna 40%. De rol van Rusland in de gashandel zal naar verwachting afnemen naarmate het wereldwijde overschot aan LNG het land minder mogelijkheden geeft om te diversifiëren naar niet-Europese markten. Het Midden-Oosten blijft op korte termijn de grootste aanvoerbron.

De gasprijs vertoont een dalende trend in alle drie de regio’s (VS, Europa, Azië). De gasprijzen blijven enigszins hoog tot het midden van het decennium omdat de mondiale gasmarkten zich blijven aanpassen aan het verlies van de levering van Russisch pijplijngas aan Europa. Dit heeft een domino-effect op de prijzen in andere importerende regio’s, hoewel de effecten in Azië worden gedempt door de koppeling aan de olieprijzen in veel langetermijncontracten.

Bron: Atradius