De invoering van brede handelsbeperkingen tussen het Westen en Rusland en China (ontkoppeling) leidt op de korte termijn tot aanzienlijke verschuivingen in de handelsstromen. De impact op Nederlandse bedrijfstakken verschilt per sector. Op de lange termijn beïnvloedt een ontkoppeling de Nederlandse economie negatief in een mate die vergelijkbaar is met andere Westerse landen. China en Rusland worden harder getroffen dan het Westen bij het stopzetten van de handelsrelaties. Dat blijkt uit de studie “Geopolitieke ontkoppelings- en integratiescenario’s voor de wereldhandel” die het Centraal Planbureau recent heeft gepubliceerd.

In de studie verkent het CPB de economische gevolgen van het scenario waarin de Verenigde Staten, de Europese Unie en zeven andere landen (het Westen) zich economisch ontkoppelen van Rusland en China.

Het effect van een ontkoppeling op de Nederlandse economie verschilt per bedrijfstak. Sommige bedrijfstakken zullen naar verwachting hun productie verhogen, ter compensatie van goederen die normaliter uit Rusland en China worden geïmporteerd (mijnbouw, textiel en elektronica). Andere bedrijfstakken, met name raffinaderijen, zullen naar verwachting hun prijzen verhogen, omdat de halffabricaten die zij voorheen uit beide landen importeerden duurder worden of niet langer beschikbaar zijn. Uit de studie blijkt ook dat bedrijfstakken die momenteel veel handel drijven met Rusland en China (zoals de transportsector en groothandelsdiensten), het meeste nadeel zullen ondervinden van een ontkoppeling. Zij verliezen toegang tot voor hen belangrijke uitvoermarkten.

Langetermijngevolgen

Op de Nederlandse economie als geheel heeft een ontkoppeling op de lange termijn een negatief effect, maar niet in meer of mindere mate dan voor andere Westerse landen. Landen in Oost-Europa, die momenteel sterkere handelsrelaties hebben met Rusland en China, worden relatief wel harder geraakt. China en Rusland zullen ook meer economische schade ondervinden dan het Westen. Dit komt doordat de westerse landen gezamenlijk een groter deel van de wereldeconomie uitmaken. Als de handelsrelaties worden verbroken, verliezen beide landen de toegang tot een aanzienlijk deel van de wereldeconomie.

Bij een ontkoppeling zullen handelsstromen zich verleggen naar ‘derde landen’, zoals Mexico en Turkije. Een deel van de handel wordt verlegd naar ‘bevriende naties’ (friendshoring), zoals de VS en binnen de EU. Deze landen zouden een toename van hun export en bruto binnenlands product (bbp) kunnen zien als gevolg van de heroriëntatie van de handel, hoewel het onwaarschijnlijk is dat zij de huidige dominante positie van China in de wereldhandel volledig kunnen overnemen. Niet alle goederen en diensten die China produceert zijn op korte termijn vervangbaar.

Feiten en cijfers

Van alle goederen en diensten die in het Westen worden geproduceerd, wordt 1,6% geëxporteerd naar Rusland en China. Omgekeerd is dat 3,2%. In termen van toegevoegde waarde is de economie van het Westen drie keer zo groot als die van Rusland en China, en 2,5 keer zo groot als die van de rest van de wereld. Nederland is goed voor 1,7% van de totale toegevoegde waarde van het Westen.

Bron: CPB