Op de vraag waarom de burger zo ontevreden is over wat de overheid doet en nalaat, luidt het antwoord kort door de bocht: "Ze doet niet wat wij wél willen en ze doet wél wat wij niet willen." De versukkeling van het overheidsapparaat door organisatorische weeffouten is de belangrijkste oorzaak dat de burger zo ontevreden is over het doen en laten van de overheid. Door die weeffouten is het vrijwel uitgesloten dat belangrijke projecten slagvaardig tot stand kunnen komen en effectief uitgevoerd kunnen worden. In de organisatieleer luidt een belangrijke wet: snij geen affiniteiten door. Die wet wordt door de overheid genegeerd.

Er zijn te veel onafhankelijk van elkaar dirigerende en beslissende instanties die geheel ongecoördineerd de zegeningen van hun "beter weten" over ons uitstorten. Het ordelijk laten samengaan, de coördinatie dus, wordt dan zó moeilijk, dat die in feite onmogelijk is.
Het is daarom goed dat het Kabinet Rutte het aantal ministers en staatssecretarissen alsmede het aantal ministeries heeft verminderd. Maar het samenvoegen van ministeries lost niets op zolang de overheid niet tevens de juiste maatregelen treft om het doorsnijden van affiniteiten te voorkomen.

Een tweede weeffout houdt verband met de toegenomen complexiteit van de samenleving. De overheid tracht die complexiteit te besturen door het invoeren van steeds meer regels waardoor we in een vicieuze cirkel zijn beland. De overheid moet ophouden alles met regels van bovenaf trachten aan te sturen. Daarnaast is het voor een goede toekomst voor Nederland essentieel dat de huidige structuren, de governance, de methodieken en werkwijzen uit het Industriële tijdperk worden vernieuwd; zij zijn al ruim 10 jaar over hun houdbaarheidsdatum heen. 

Het is een goede zaak dat het Kabinet Rutte het aantal regels gaat verminderen. Maar om de bureaucratie echt aan te pakken, zullen de ambtenaren moeten meewerken aan een andere functionerende overheid. Een overheid die is afgestemd op de kansen en eisen van de 21ste eeuw. Het is de hoogste tijd de ambtenaren bij de verschillende overheden daarvan nu eens echt te overtuigen. En mocht om welke reden dat niet lukken, dan moeten zij door goed opgeleide jongeren, die niet belast zijn met het verleden, worden vervangen. De ambtenaar van de 21ste eeuw moet niet routinematig en procesmatig worden ingezet maar zich ontwikkelen tot kenniswerker en adviseur, en min of meer autonoom opereren in een netwerk van politici, publieke en maatschappelijke organisaties, collega`s en burgers.

De derde weeffout die verantwoordelijk is voor de versukkeling van het overheidsapparaat komt voort uit het gegeven dat de opleiding van de meeste huidige politici en ambtenaren niet meer aansluit op de nieuwe werkelijkheid tengevolge van de overgang van het Industriële Tijdperk naar het Kennis – en Innovatietijdperk. Voor die nieuwe werkelijkheid moet veel geleerd en door de ouderen ook nog eens afgeleerd worden. Door een andere benadering – en denkwijze zijn de problemen die in de vorige eeuw zijn ontstaan en tot dusver onoplosbaar bleken wel adequaat op te lossen. Dat is voor jonge generaties makkelijker dan voor de oudere generaties. Immers iets nieuws leren is makkelijker dan iets afleren waar je jaren lang op heb kunnen teren.

Bron: creditexpo.nl