Het kabinet wil aanvullende maatregelen nemen om dividendstripping aan te pakken. Het is namelijk onwenselijk dat door deze vorm van belastingontwijking geen of minder dividendbelasting wordt betaald. Maar met de huidige wet- en regelgeving is dit niet altijd goed mogelijk. De komende tijd worden aanvullende maatregelen onderzocht en verder uitgewerkt.

Bij dividendstripping worden de economische en juridische rechten tot dividenden opgesplitst om zo een belastingvoordeel te behalen. Hiervoor wordt bijvoorbeeld het juridisch eigendom van de aandelen (tijdelijk) uitgeleend aan een andere partij die een gunstigere belastingsituatie heeft, zoals bijvoorbeeld een Nederlandse aandeelhouder die de dividendbelasting wel kan verrekenen. Hierdoor wordt de heffing van dividendbelasting beperkt of voorkomen.

Staatssecretaris Marnix van Rij: “Het kabinet vindt het ongewenst dat partijen door middel van dividendstripping geen of minder belasting betalen. De complexiteit en het internationale karakter van dividendstripping laten zien dat de huidige maatregelen onvoldoende zijn. Nieuwe, aanvullende maatregelen zijn daarom noodzakelijk.”

Het kabinet heeft de afgelopen periode onderzocht hoe de aanpak van dividendstripping het beste kan worden verbeterd. Ook is er een internetconsultatie gehouden om de impact van mogelijke alternatieve maatregelen in kaart te brengen. Het kabinet gaat de komende tijd de volgende aanvullende maatregelen onderzoeken en verder uitwerken om dividendstripping effectiever te bestrijden:

  • Beperken verrekening of teruggaaf van dividendbelasting (netto rendement/grondslag-benadering);
  • Strengere documentatieverplichtingen;
  • Wettelijk vastleggen van de peildatum waarop wordt bepaald wie het recht heeft het dividend te ontvangen;
  • Introductie van een wettelijke bepaling waarmee kan worden bepaald of een persoon (samen met verbonden partijen) het economisch belang bij de aandelen houdt.

Bron: Rijksoverheid