Staatssecretaris Tamara van Ark (VVD) spant zich in om mensen van hun schulden af te helpen, maar een eenduidig gemeentebeleid zou pas echt zoden aan de dijk zetten, aldus Nadja Jungmann, lector schulden en incasso aan de Hogeschool Utrecht, op 24 februari in het dagblad Trouw.

Staatssecretaris Tamara van Ark presenteerde in februari meerdere maatregelen om schuldenaren wat uit hun moeras te trekken. Zo moet een recent wetsvoorstel het mogelijk maken dat gemeenten direct van zorgverzekeraars, corporaties en energiebedrijven te horen krijgen dat iemand betalingsachterstanden heeft. Bij twee van dit soort signalen moeten gemeenten in actie komen. Ook kondigde Van Ark aan dat onderdelen van het gewenste, maar vooralsnog uitgestelde Wetsvoorstel beslagvrije voet toch worden uitgevoerd.

Jungmann prijst dit, maar noemt dit in Trouw “niet genoeg”. Het zou ideaal zijn als gemeenten hun beleid eenduidiger uitvoeren, zegt ze. Zij zijn verantwoordelijk voor schuldhulp, maar mogen die verschillend inrichten. “De staatssecretaris zou een norm moeten opstellen voor hoe gemeenten te hulp moeten schieten. Dat mensen weten waar ze recht op hebben.” Uniform beleid is nu nog ver weg. Welk soort hulp je krijgt, is een loterij, afhankelijk van de woonplaats en de politieke kleur aldaar, meent Jungmann. Zo moet je op sommige plaatsen eerst op een budgetcursus voordat je in aanmerking komt voor een schuldhulptraject. Andere gemeenten verlangen een dikke map met administratie voor ze te hulp schieten, terwijl het niet kunnen bijhouden van administratie voor veel mensen juist de oorzaak van alle problemen is. In plaats van een groepsgesprek hebben schuldenaren volgens Jungmann veruit het meest aan een schuldsaneringstraject.

Zie ook: artikel in Trouw met Nadja Jungmann over schuldhulp

Bron: NVVK