Nederland is in verhouding met andere landen snel met het terugbetalen van btw aan buitenlandse ondernemingen. Dit blijkt uit onderzoek uitgevoerd door KPMG.

Wereldwijd behoort ons land tot een select groepje landen dat buitenlandse bedrijven snel btw teruggeeft die zij op uitgaven in Nederland hebben betaald. 

Anders dan andere landen stelt Nederland daar niet de verplichting aan dat bedrijven zich voor btw-doeleinden registreren in Nederland. KPMG’s Global Indirect Tax Services praktijk heeft in 65 landen de mogelijkheden onderzocht die bedrijven hebben om lokale btw terug te krijgen.

 “Als een onderneming in het buitenland zaken doet, betaalt die onderneming in veel gevallen lokale btw of een vergelijkbare belasting op gemaakt kosten en inkopen in dat land”, zegt Gert-Jan van Norden, partner bij KPMG Meijburg. Van Norden: “De vraag is dan of die onderneming de lokale btw kan terugkrijgen van lokale belastingautoriteiten.”

 Uit het onderzoek van KPMG blijkt dat slechts acht van de twintig grootste economieën die over een btw-systeem beschikken, een systeem hanteren dat  zorgdraagt voor een vlotte terugbetaling van de op kosten betaalde btw aan bedrijven die niet in het thuisland gevestigd zijn. Dat betekent dat deze landen btw terugbetalen zonder dat zij eisen dat de belastingbetaler zich eerst registreert in het land waar de kosten zijn gemaakt en een lokale vertegenwoordiger aanwijst.

 Hiermee onderscheiden Nederland, Australië, Canada, Duitsland, Mexico, Zuid-Korea, Zwitserland en Groot-Brittannië zich van de andere landen binnen de OESO die vaak verschillende eisen stellen aan buitenlandse bedrijven die btw of een vergelijkbare belasting willen terugvorderen en het proces van terugbetaling onnodig vertragen.

 “De globalisering betekent dat ondernemingen hun activiteiten in toenemende mate uitbreiden naar nieuwe markten”, zegt Van Norden. Van Norden: “Het gevolg hiervan is dat de bedrijven te maken krijgen met steeds meer landen waarin zijn een lokale btw of vergelijkbare belastingen op lokale inkopen betalen. Voor veel van deze bedrijven is de vraag of zij deze belasting op korte termijn en zonder al te veel kosten kunnen terugvorderen van cruciaal belang. In de praktijk blijkt echter dat dit steeds moeilijker wordt.

 Van de onderzochte landen blijkt slechts 40% te beschikken over een goed werkend systeem dat garant staat voor het terugbetalen van btw aan ondernemingen die in het land niet btw-plichtig zijn. Dat betekent dat deze landen de btw in het algemeen binnen een termijn van 56 dagen terugbetalen, niet om aanvullend onderzoek vragen en niet blootstellen aan onnodige administratieve kosten en negatieve cashflow effecten.

 Dat betekent echter ook dat 60% van de landen de beginselen van neutraliteit, gelijke behandeling van binnenlandse en buitenlandse ondernemingen, verre van optimaal toepast. Deze landen verzetten zich in het algemeen tegen het recht op belastingteruggave, betalen belastingen met aanzienlijke vertraging terug of zien in het verzoek om btw-teruggaaf aanleiding voor nader onderzoek.”

 Uit het onderzoek van KPMG blijkt dat met name de landen in de opkomende markten terughoudend zijn met het terugbetalen van btw en vergelijkbare belastingen. “In het algemeen opereren de landen binnen de Europese Unie veel efficiënter als het gaat om het terugbetalen van heffingen dan de landen in de Stille Zuidzee en Latijns Amerika”, zegt Van Norden.

 Van Norden: “Op basis van het onderzoek lijkt er een correlatie te bestaan tussen de mogelijkheid en het gemak om de btw terug te krijgen en de economische situatie van een land. Vooral landen als Brazilië, Rusland, India en China kennen op dit moment systemen die aanzienlijk verbeterd kunnen worden als het gaat om het terugbetalen van btw aan buitenlandse bedrijven. Bovendien lijkt een terugbetaling na een termijn van 56 dagen te suggereren dat de lokale autoriteiten wachten met de teruggaaf om zich op deze manier van een cashflow voordeel te verzekeren.”

Bron: KPMG