Het vergelijkend wereldwijde onderzoek van Deloitte naar het aangifteproces van de inkomstenbelasting geeft een uitgebreid overzicht van de vele aspecten van dit proces in 34 landen. Ook is gekeken naar de verschillen en overeenkomsten per land.

Nederland staat ergens in het midden van de internationale groep, zij het met een duidelijke voorsprong op het gebied van automatisering. Wel ervaart de Nederlander de aangifte als zeer complex, en komt met dit gegeven dan ook in de top drie terecht.

Coulante fiscus

Wanneer in Nederland niet voor 1 april aangifte wordt gedaan, kan om uitstel worden verzocht. In de regel wordt, mits tijdig aangevraagd, ook daadwerkelijk uitstel verleend. Nederland blijkt hiermee, net als België en Zwitserland, een zeer coulante fiscus te hebben. Uit het onderzoek blijkt dat het verlenen van uitstel in de overige landen zeker geen vanzelfsprekendheid is. In maar liefst 15 van de 34 onderzochte landen wordt geen uitstel verleend. Slechts 9 landen verlenen op relatief eenvoudige wijze uitstel. Opvallend is dat het bij Luxemburg niet mogelijk is om uitstel aan te vragen.

Elektronische aangifte

Elektronische aangiften zitten wereldwijd in de lift. In Nederland is elektronische aangifte, net als in Brazilië, Italië, Mexico, Oostenrijk en de Verenigde Staten verplicht. De meeste landen bieden ook de mogelijkheid om een papieren aangifte doen. Alleen in Luxemburg is de papieren aangifte nog steeds de norm.

Vooraf ingevuld

In de meeste deelnemende landen wordt een deel van de aangifte door de Belastingdienst vooraf ingevuld. Het betreft dan meestal de persoonlijke gegevens van belastingplichtigen, salarisgegevens en het saldo van de lokale bankrekeningen. De Nederlandse fiscus is hier erg vooruitstrevend, zij vullen veruit de meeste gegevens vooraf in in vergelijking met andere landen. De Spaanse fiscus spant de kroon en vult de complete aangifte alvast in.

Indienen van de aangifte

Door de informatie die reeds bekend is bij de fiscus vooraf te verwerken in de aangifte, zou de belastingplichtige enkel een controle hoeven uit te voeren en zo op een eenvoudige wijze de aangifte indienen. Echter het onderzoek wijst uit dat de Nederlander erg blijkt op te zien tegen het doen van aangifte. Dit wordt in Nederland als zeer lastig ervaren, terwijl in bijna 60% van de landen de aangifte eerder als ‘neutraal’ of ‘niet zo lastig’ wordt ervaren. In Nederland en Oostenrijk wordt het indienen van de aangifte het lastigst bevonden. 

Tijdsbesteding aangifte

De Nederlander is tussen de twee en vijf uur bezig met het invullen en indienen van de aangifte. In sommige landen zijn belastingplichtigen jaarlijks nog meer tijd kwijt aan het doen van de aangifte. Zo is men in Oostenrijk, Rusland en Zuid-Korea doorgaans meer dan vijf uur bezig. De tijd die het kost om de aangifte in te vullen blijkt rechtstreeks verband te houden met de perceptie van de belastingplichtige om de aangifte in te vullen.

Ieder land blijkt zijn eigen aangiftebiljet te gebruiken. Tussen de 34 landen is een groot verschil wat betreft het aantal in te vullen velden op de aangifte. Spanje is hier met circa 700 velden de koploper. Nederlanders hebben doorgaans 100 tot 300 velden in te vullen. Opvallend is dat het aantal in te vullen velden niet direct samenhangt met de tijd die het kost om een aangifte in te vullen. In China bijvoorbeeld hoeven slechts 20 velden ingevuld te worden, maar men doet hier net zolang over als de Nederlandse belastingplichtige

Bron: www.deloitte.com/view/nl_NL