Hij werkte ruim twee decennia op het snijvlak van credit management en marketing.

Negen jaar trok hij als voorzitter de kar van de VVCM, die hem het erelidmaatschap opleverde. Vervolgens was hij vanaf 2011 het boegbeeld van het Verbond van Credit Management Bedrijven (VCMB). We hebben het over Mannes Westhuis.

Eind november nam hij afscheid van het VCMB en (voorlopig?) van de creditmanagementwereld. Zijn nieuwe bestemming: Managing Director bij Van den Berg Kunststofbewerking.

Een verrassende carrièreswitch na ruim twintig jaar credit management. Ben je op het vak en het wereldje uitgekeken?

‘Zeker niet, op het gebied van credit management is er nog volop te doen en te beleven. Als directeur marketing & sales bij Bierens Incasso Advocaten had ik het bovendien geweldig naar mijn zin. De afgelopen vijf jaar was een feest; never a dull moment. Mijn vertrek heeft dan ook een andere reden. Hoe interessant de creditmanagementbranche ook is, mijn hart gaat sneller kloppen van de maakindustrie; bedrijven die concrete producten maken met een internationale component. In mijn loopbaan heb ik daar al eerder mee kennisgemaakt. Van 2001 tot 2003 had ik een salesfunctie bij GREEFA, producent van hightech sorteermachines en bijbehorende randapparatuur voor groente en fruit. Een fascinerende wereld, ‘hands on’ en met een geheel eigen dynamiek. Hoewel ik ben opgeleid tot jurist, weliswaar met een commerciële inslag en gevoel voor marketing, voelde ik me bij GREEFA als een vis in het water. Die ervaring heb ik altijd met me meegedragen. Met de overstap naar Van den Berg Kunststofbewerking ga ik wat dat betreft ‘back to the wortels’. Daarbij komt dat ik in mijn functie als Managing Director verantwoordelijk ben voor zowel business development als de verdere groei van het bedrijf in Europa en wereldwijd. Twee aspecten die mij als bruggenbouwer en strateeg op het lijf zijn geschreven en die me de kans bieden om echt waarde toe te voegen.’

Wat is Van den Berg Kunststofbewerking voor bedrijf?

‘Van den Berg Kunststofbewerking is al jarenlang één van de topspelers in Nederland in het bewerken van high performance plastics op basis van specificaties van de klant. Onze afnemers zitten in verschillende marktsegmenten, waaronder de medische, auto-, vliegtuig- en chemische industrie en de hightechsector. Philips Healthcare en ASML zijn bijvoorbeeld vaste klanten. Het is een zeer innovatief bedrijf, dat zowel nationaal als internationaal bekendstaat om zijn accuratesse, kwaliteit en betrouwbaarheid.’

Vergt het credit management veel aandacht?

‘Gelukkig niet. Onze klanten, zelfs de grote bedrijven, betalen allemaal netjes op tijd. En als er al eens incidenteel sprake is van een openstaande vordering, dan hangt dit samen met een geleverd product of de afwikkeling van een order. Ofwel: dan hebben wij het er zelf naar gemaakt. Credit management is bij Van den Berg Kunststofbewerking dus geen dagtaak. Dat komt doordat wij op specificaties van de klant produceren. Hierdoor is er binnen de keten sprake van een sterke onderlinge afhankelijkheid. In de maakindustrie is hiervoor een speciale term: LVHMHC, wat staat voor Low Volume, High Mix, High Complexity. Een voorbeeld ter verduidelijking: als je alleen maar witte eieren produceert (High Volume, Low Mix, Low Complexity), gaan klanten op zoek naar de goedkoopste leverancier. Omgekeerd geldt dat hoe meer je als leverancier onderscheidt (Low Volume, High Mix, High Complexity) en je klanten de mogelijkheid biedt een ‘competitive advantage’ te realiseren, des te minder prijs een issue is. Het laatste speelt in onze sector. De afhankelijkheid in de keten werkt niet alleen door in productontwikkeling en fabricage, maar ook in het betalingsverkeer.’

Je bent drie jaar voorzitter geweest van het VCMB. Wat is er bereikt?

‘Allereerst is het ledenaantal gegroeid. Daarnaast zijn we erin geslaagd om de pers en de politiek beter te bereiken. Vroeger moesten we zelf actief de boer op om media-aandacht te krijgen of ons verhaal in Den Haag over de bühne te brengen, nu komen journalisten en politici naar ons toe om onze mening te horen. Dat is een enorme winst. Ik vind ook dat we als club veel hebben bereikt in het opleidingsveld. We hebben een prachtige interactieve creditmanagementcase ontwikkeld (‘Bora’), die wordt ingezet door de Haagse Hogeschool, Avans, Stenden Hogeschool en de Hogeschool van Utrecht. Doel van deze case is om studenten – onze toekomstige klanten en/of medewerkers! – bekend te maken met credit management en alle facetten van het vak te laten zien. En nóg een belangrijk wapenfeit: de onderlinge relaties tussen de VCMB-leden zijn hechter geworden en de bereidheid om met elkaar te praten en informatie te delen, is toegenomen. Dat stimuleert de marktontwikkeling en geeft inspiratie om te innoveren. Ik ben ervan overtuigd dat mijn opvolger Dick Kruiswijk deze positieve ontwikkelingen samen met de andere bestuursleden de komende jaren verder zal uitbouwen.’

Hoe kijk jij als erelid van de VVCM aan tegen het bestaan van twee verenigingen in hetzelfde beroepsveld?

‘Het VCMB is opgericht in de periode dat ik VVCM-voorzitter was. Eerlijk gezegd werd ik er toen niet echt vrolijk van, omdat ik vreesde voor versnippering en ‘broederstrijd’. Inmiddels kijk ik er anders naar. Ik vind dat beide clubs, elk op hun eigen terrein en op hun eigen wijze, een positieve bijdrage leveren aan de ontwikkeling van het vakgebied. Het VCMB draagt de VVCM een warm hart toe en vice versa. Ook is er op bestuurlijk niveau al geruime tijd sprake van een constructieve, collegiale samenwerking. Nu er sinds het aantreden van Martin van der Hoek als voorzitter weer stabiliteit in het bestuur van de VVCM is, verwacht ik meer toenadering. En dat juich ik van harte toe. Mijn ideaalbeeld is dat er in de toekomst een soort van creditmanagementfederatie komt bestaande uit een vakdeel en een supplierdeel, waarbij beide onderdelen samen optrekken maar ook los van elkaar, voor hun eigen achterban, activiteiten ontplooien.’

Welke ontwikkelingen verwacht jij in het vakgebied credit management?

‘Door het uitblijven van structureel economisch herstel zijn bedrijven momenteel op alle fronten aan het downsizen. Ook creditmanagementafdelingen worden sterk ingekrompen. Enerzijds puur uit kostenoverwegingen, anderzijds omdat de toepassing van ICT een enorme vlucht heeft genomen en slimme structuren faciliteert om marketingtechnieken op de juiste manier, op het juiste moment en met de juiste toon in te zetten in het incassotraject. Dit maakt het mogelijk om proactief de juiste stappen te zetten naar de debiteur. Voor de oplossing van de schuldenproblematiek is dit absoluut noodzakelijk. In het verlengde hiervan wordt de creditmanagementfunctie anders ingericht. Activiteiten die voorheen op één afdeling waren gecentraliseerd, worden weer teruggebracht in de lijn. Op onderdelen ontstaan hierdoor gespecialiseerde teams, bijvoorbeeld op het gebied van betalingsmethoden, risicomanagement en incasso. Ik noem dit ‘collaborative credit management’, omdat al deze decentrale functies uiteindelijk wel vanuit één cockpit, vanachter een ‘dashboard’, in de lijn met de strategie moeten worden aangestuurd. De credit manager die dit mengpaneel bedient, zal een ander profiel hebben dan nu. Het schaap met de vijf poten, de generalist, maakt plaats voor de regisseur, de specialist.’

Wat betekent dit voor de VVCM en het VCMB?

‘De VVCM blijft een platform om het creditmanagementvak te promoten, maar de vereniging zal als kenniscentrum vooral de lead moeten nemen om aan te geven waar het vak naar toe gaat. Het is ook essentieel dat de VVCM-opleidingen op deze toekomst worden ingericht, omdat zij anders vehicles worden die niet meer aansluiten op de vraag in de markt. Dé informatiebron hiervoor is het ledenbestand, want daar zitten credit managers tussen die de veranderingen in het vakgebied dagelijks ondervinden dan wel zelf initiëren. Voor de VVCM ligt hier een grote kans, maar ook een grote uitdaging om de beroepsgroep aan zich te blijven binden. Voor het VCMB is het vooral belangrijk dat de leden het lef tonen om nieuwkomers in de branche met open armen binnen de vereniging te verwelkomen. Juist deze innovators trekken ons uit onze comfortzone en zetten ons op het spoor van nieuwe ontwikkelingen. Open communicatie en informatie-uitwisseling, op basis van wederzijds respect en partnership, is en blijft de sleutel naar succes.’

Bron: De Credit Manager 2014, nummer 4