De Tweede Kamer heeft vandaag unaniem ingestemd met het wetsvoorstel Opsporing onverzekerden. Minister Klink van Volksgezondheid wil met deze wet het aantal onverzekerden terugdringen. Uit de laatste cijfers van het CBS blijkt dat er nog altijd zo'n 152.000 onverzekerden zijn. Hiermee is circa € 140 miljoen euro aan gederfde premie gemoeid.

De Tweede Kamer heeft vandaag unaniem ingestemd met het wetsvoorstel Opsporing onverzekerden. Minister Klink van Volksgezondheid wil met deze wet het aantal onverzekerden terugdringen. Uit de laatste cijfers van het CBS blijkt dat er nog altijd zo'n 152.000 onverzekerden zijn. Hiermee is circa € 140 miljoen euro aan gederfde premie gemoeid.

Het wetsvoorstel beoogt om verzekeringsplichtigen zonder zorgverzekering op te sporen door bestanden te koppelen. Een deel van de verzekeringsplichtigen kan zich nu nog onttrekken aan de verzekeringsplicht en tast daarmee de onderlinge solidariteit aan.
Door het opsporen van onverzekerden én de aanpak van de wanbetalers scheelt dat voor alle andere verzekerden al snel zo'n 45 euro aan premie per jaar.

Met het wetsvoorstel worden de volgende maatregelen genomen:

1. Onverzekerden die door middel van bestandsvergelijking zijn opgespoord, krijgen eerst een brief van het College voor zorgverzekeringen (CVZ). Daarin worden ze gewezen op hun verzekeringsplicht en aangespoord een zorgverzekering te sluiten.

2. Als blijkt dat zij dit na drie maanden nog steeds niet hebben gedaan, dan krijgen ze een boete van drie maal de standaardpremie per maand (circa € 300).

3. Als na een nieuwe bestandsvergelijking blijkt dat de betrokkene nog steeds niet verzekerd is, dan wordt voor de tweede keer een boete opgelegd.

4. Degenen die na twee boetes nog altijd onverzekerd blijken, zal het CVZ ambtshalve verzekeren bij een zorgverzekeraar. Zij zijn dan 12 maanden lang een bestuursrechtelijke premie verschuldigd ter hoogte van de standaardpremie (in totaal ongeveer 1200 euro). Deze wordt zo mogelijk via bronheffing geïnd.

De uitvoeringsorganisaties (SVB, CVZ en CJIB) staan klaar voor inwerkingtreding van de wet per 1 januari 2011, onder voorbehoud van instemming door de Eerste kamer.

Voordat de wet in werking treedt, worden voorlichtingscampagnes ingezet om specifieke groepen onverzekerden te informeren.

Bron: Rijksoverheid.nl